Alle informatie over kosjer slachten in Nederland

Convenant slachten volgens religieuze riten in de steigers

Aan de totstandkoming van een convenant voor het slachten volgens religieuze riten, wordt hard gewerkt. De deelnemers aan het overleg zijn inmiddels toe aan hun derde concept-versie. Het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap (NIK) heeft daartoe eind april tekstvoorstellen ingediend. Aan de besprekingen wordt deelgenomen door de staatssecretaris voor Landbouw en drie convenantpartijen; naast het NIK, ook het CMO (Moslims) en de VSV (slachterijen).

Staatssecretaris Henk Bleker heeft inmiddels verschillende achtereenvolgende conceptversies op tafel gelegd. In meerdere besprekingen hebben de drie convenantpartners zich met de staatssecretaris en de ambtelijke top van het ministerie over de teksten gebogen. De in die besprekingen uitgewisselde opvattingen leiden tot steeds nauwkeuriger formuleringen in de tekst van het convenant.

Een van de onderwerpen is het fixatieapparaat. Dit dient aan zodanige eisen te voldoen dat het bij gebruik er van geen onnodige en het slachtdier irriterende geluiden veroorzaakt. Ook mag het apparaat waarin het dier voor de slacht wordt vastgezet, geen scherpe uitsteeksels bevatten; moeten de onderdelen soepel bewegen en zodanig zijn geconstrueerd dat het geen schokkende bewegingen maakt die tot agitatie bij het dier kunnen leiden.

In de besprekingen is stil gestaan bij de door de staatssecretaris inmiddels al ingestelde wetenschappelijke commissie. De commissie wordt geleid door prof. dr. Ludo Hellebrekers, die tevens voorzitter is van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD). De staatssecretaris is in de besprekingen meerdere malen gewezen op eerder door Hellebrekers ingenomen standpunten en dat hij daar onmogelijk los van kan worden gezien. Dit kan problematisch zijn in de advisering van zijn commissie aan de staatssecretaris.
NIK in Sjechieta overleg met staatssecretaris Landbouw

In een bilateraal gesprek met staatssecretaris Henk Bleker van Landbouw heeft het NIK de ontwikkelingen met betrekking tot het religieuze slachten besproken. Aanleiding vormt de totstandkoming van een convenant dat de staatssecretaris wil sluiten met het NIK, het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) en de slachterijen die voor religieuze groepen vee slachten.

De bespreking werd gevoerd door Jigal Markuszower en Ruben Vis. Zij benadrukten de bereidheid van Joodse zijde om met de staatssecretaris mee te denken en in lijn met de uitkomsten van het debat in de Eerste Kamer en de nieuwste regelgeving van de Europese Unie tot afspraken te komen.

De staatssecretaris zette uiteen met welk doel hij een convenant wil sluiten en langs welke weg hij dit verwacht te bereiken. Ook werd stil gestaan bij de samenstelling van een technisch-wetenschappelijke commissie die de staatssecretaris instelt om nader onderzoek te verrichten. Het NIK wees er op dat met de keuze voor de leden die de staatssecretaris voor ogen heeft, en hun eerder geuite opvattingen, dit aanleiding geeft voor de verwachting dat dit tot een nogal eenzijdig beeld gaat leiden.

 

Eerste bespreking over convenant Sjechieta

In het kader van een tot stand te brengen convenant heeft vandaag een eerste bespreking plaatsgevonden tussen een delegatie van het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap en het ministerie van Landbouw. Het gesprek werd gevoerd naar aanleiding van het plan van staatssecretaris Bleker om een convenant te sluiten met de religieuze organisaties en de slachterij-industrie over het ritueel slachten. Gesprekspartner van het NIK is de directeur-generaal Landbouw, Hans Hoogeveen. In het gesprek gaf Hoogeveen aan dat het convenant wordt gesloten met het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap als de formele gesprekspartner van het ministerie.

Van de kant van het NIK werd doorJigal Markuszower uiteen gezet wat het speelveld is waarbinnen de Joodse slacht wordt verricht. Ronnie Eisenmann,voorzitter van de Joodse Gemeente Amsterdam, zette uiteen op welke wijze de Sjechieta plaatsvindt op dit moment in Nederland. NIK-secretaris Ruben Vis gaf aan dat er duidelijkheid moet bestaan over het hanteren van data en over het gebruik van terminologie: ritueel slachten is per definitie onbedwelmd. Al het overige is de industriële slacht.

De voor het convenant relevante aandachtspunten werden vervolgens in een constructieve sfeer doorgesproken. Van beide kanten werd aangegeven dat nog een aantal zaken eerst nader moeten worden onderzocht en beantwoord, die in de loop van de convenant-besprekingen verder een rol zullen gaan spreken.
Eenheid benadrukt op Europees-Joods overleg over Sjechieta

De nieuwste Europese regelgeving over Sjechieta is door de Joodse organisaties die voor de Sjechieta verantwoordelijk zijn, besproken in Parijs. De voorzitter van het Consistoire Central en de opperrabbijn van Frankrijk, de grootste joodse gemeenschap vertegenwoordigend, hadden daartoe een bijeenkomst belegd. Direct na de opening door Consistoire-voorzitter Joel Mergui en Opperrabbijn Gilles Bernheim, kwam het effect van Europese regelgeving aan de orde in de presentatie van opperrabbijn Bruno Fiszon van Metz. Fiszon gaf een aantal voorbeelden van nieuw te onderhandelen plannen die de Franse autoriteiten hebben ten aanzien van de Sjechieta en die ook in andere Europese landen aan de orde kunnen komen.

Na de gastheren was het woord aan opperrabbijn Jacobs die de Nederlandse situatie toelichtte en opriep tot regelmatige contacten onder meer omdat een wetswijziging in EU-land A gevolgen zou kunnen hebben voor EU-land B.

Vervolgens gaf NIK-secretaris Ruben Vis een uitleg over de Nederlandse ontwikkelingen. Hij voerde zijn betoog aan de hand van het begrip ‘één’. Benadrukkend dat er voor de Nederlandse Sjechieta één toezichthoudend Rabbinaat is, en in combinatie daarmee één organisatie die de wettelijke verantwoordelijkheid draagt voor de Sjechieta. Ook wees hij er op dat de behandeling van het politieke Sjechieta-probleem steeds vanuit één hand is gedaan en dat daardoor succes is bereikt. Zijn betoog genoot de nadrukkelijke instemming van een aanwezige externe deskundige op het terrein van de werking van de Europese Unie.
Ook de woordvoerders van Frankrijk en Groot-Brittannië, de twee landen met de belangrijkste en grootste Sjechieta, en vertegenwoordigers uit de andere deelnemende landen, benadrukten het belang van die één-heid.

De vergadering werd bijgewoond door vertegenwoordigers van met het NIK vergelijkbare organisaties uit onder meer België, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië en Spanje, en van de beide Europese Rabbijnen organisaties (CER en RCE), alsmede het Europees Joods Congres.
Opluchting over verloop debat wetsvoorstel onbedwelmd slachten
Het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap, de Joodse Gemeente Amsterdam en het Centraal Joods Overleg hebben met opluchting kennis genomen van de behandeling door de Eerste Kamer van het wetsvoorstel inzake het verbod op onbedwelmd slachten. De Eerste Kamer bevestigt dat het wetsvoorstel ingaat tegen de godsdienstvrijheid. Het debat is gevoerd over de essentie van de vraagstukken: de grondwettelijke godsdienstvrijheid, de houdbaarheid jegens het EVRM en de uitvoerbaarheid van de wet.

De Nederlandse Joodse gemeenschap zal nu een periode van onrust kunnen afsluiten. Deze onrust ontstond niet alleen bij Joden die uitsluitend kosjer geslacht vlees consumeren, maar ook bij andere leden van de Joodse gemeenschap die zich in hun identiteit aangetast voelden, omdat het Joods religieuze slachten een intrinsiek onderdeel uitmaakt van de Joodse levensweg.
Vrijheid van godsdienst is een groot goed, een eeuwenoude verworvenheid van de Nederlandse samenleving. De Eerste Kamer heeft dit onderkend en voorkomen dat een wetsvoorstel dat hier inbreuk op maakt wet zou worden. Wij zijn daarbij verheugd dat de Eerste Kamer daarbij ook de onuitvoerbaarheid van het wetsvoorstel in zijn overwegingen heeft betrokken en het belang van reële wettelijke waarborgen heeft onderkend.

Het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap, dat verantwoordelijk is voor de kosjere slacht, zal zich blijven inzetten om deze ongestoord, zorgvuldig en met oog voor dierenwelzijn uit te voeren, en ziet de samenwerking met de Minister om binnen de grenzen van de religieuze praktijk te zoeken naar verbetering van het dierenwelzijn vol vertrouwen tegemoet.
Ronnie Eisenmann (voorzitter Joodse Gemeente Amsterdam): “Wij delen de zorg voor dierenwelzijn, en in die zin hebben wij respect voor de inzet van Mevrouw Thieme. Onze uitnodiging aan haar om te praten over de mogelijkheden blijft dan ook bestaan. Een categorische afwijzing van de Joodse rituele slacht is echter in tegenspraak met de vrijheid van godsdienst, zoals zij ook zelf erkent. Wij zijn dan ook opgelucht dat de Eerste Kamer met ons wil kijken naar verbetering van dierenwelzijn, maar de wet Thieme niet zal steunen”.

Tweede Kamer breekt met godsdienstvrijheid en verbiedt onbedwelmd slachten
Naar aanleiding van het door de Tweede Kamer op 28 juni aangenomen verbod op onbedwelmd slachten is de volgende verklaring afgegeven:

Het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap, de Joodse Gemeente Amsterdam en het Centraal Joods Overleg hebben met teleurstelling en verdriet kennis genomen van het aannemen door de Tweede Kamer van het geamendeerde wetsvoorstel inzake het onbedwelmd slachten.

Met het kabinet zijn wij van mening dat het initiële wetsvoorstel, wat betreft de godsdienstvrijheid tegen de Grondwettelijke vrijheid ingaat. Het geamendeerde wetsvoorstel gaat uit van een totaalverbod en is daarom voor de Joodse gemeenschap onacceptabel; het is een inbreuk op de grondwettelijke vrijheid van godsdienst.

Of en in hoeverre de uitzonderingsbepaling die aan strikte eisen wordt verbonden, in de praktijk een reële mogelijkheid biedt om kosjer te blijven slachten, is op dit moment niet te zeggen en zal in grote mate afhangen van de regels die door de bewindspersoon Landbouw bij AMVB zullen worden vastgesteld.

Dat de toestemming verleend wordt uitsluitend op basis van vergelijking van een welzijnstoets, miskent de grondwettelijke vrijheid van religie.
Wij zullen het vervolg van de procedure nauwlettend blijven volgen, en bieden onverminderd aan om met bewindspersoon en volksvertegenwoordigers, in overleg te treden teneinde binnen de kaders van religie, uitvoerbaarheid en dierenwelzijn, de 400 jaar bestaande joodse slachttraditie voort te zetten.

Reactie op gewijzigd amendement D66/PvdA/VVD/GL
Aan de leden van de Tweede Kamer
Nadat wij met pijn en teleurstelling hebben moeten constateren dat het wetsvoorstel Thieme en het namens D66/PvdA/VVD/GL ingediende amendement breekt met de godsdienstvrijheid en andere verworvenheden zoals wij die in Nederland kennen, hebben wij inmiddels kennis genomen van het gewijzigde amendement van dezelfde partijen. Het verbaast ons dat bij de totstandkoming van dit gewijzigd amendement wederom over maar niet met ons is gesproken, alhoewel wij ons daartoe steeds beschikbaar hebben gehouden.
Het gewijzigde amendement bevat wijzigingen die de indruk moeten wekken dat er niet langer sprake is van een feitelijk verbod. Dat verbod op kosjer slachten staat echter nog recht overeind. Per slot van rekening is de kern ongewijzigd, namelijk: “Het doden van dieren volgens de israëlitische of islamitische ritus is slechts toegestaan, indien de slachtdieren voorafgaand zijn bedwelmd.” Het voorafgaand bedwelmen van dieren is bij de kosjere slacht uitgesloten en daarmee blijft het geamendeerde wetsvoorstel een verbod op de kosjere slacht. De op het eerste gezicht positievere formulering m.b.t. de “aantasting van het dierenwelzijn” i.p.v. het “sterker of langer lijden” doet hier niets aan af evenmin als de ruimte die met de toelichting lijkt te worden gecreëerd/gesuggereerd, maar feitelijk niet wordt geboden. Het gewijzigde amendement zaal derhalve eerst door de indieners dienen te worden verklaard, alvorens de Joodse gemeenschap haar definitieve standpunt dienaangaande kan geven.
Het gewijzigde amendement wordt door het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap, de Joodse Gemeente Amsterdam en het Centraal Joods Overleg vooralsnog niet gezien als een substantiële verbetering voor het behoud van de vrijheid van godsdienst. Om die reden roepen wij u om tegen het (gewijzigde) amendement-Van Veldhoven te stemmen en tegen het wetsvoorstel-Thieme.

NIK, NIHS en CJO sturen brief aan Tweede Kamer
De Joodse gemeenschap stuurde op 26 juni, aan de vooravond van de stemming over het verbod op ritueel slachten, een drinegnde oproep aan de Tweede Kamer met daarin de belangrijkste argumenten om tegen het wetsvoorstel en het door D66, PvdA en VVD ingediende amendement. Klik hier om de brief te zien.

Debat wordt woensdagavond 22 juni vervolgd
Het debat over het wetsvoorstel-Thieme wordt woensdagavond om 20:30 uur in tweede termijn de Tweede Kamer voortgezet. Klik hier voor de agenda van de verdere avond. Indien u tijdens het debat op de publieke tribune aanwezig wilt zijn, dient u zich tijdig te melden bij de ingang van de Tweede Kamer aan de Lange Poten 4. De uiteindelijke stemming over dit onderwerp vindt plaats op dinsdag 28 juni.

PvdA-ledenraad wijst verbod ritueel slachten af
Tijdens een speciaal bijeengeroepen ledenraad van de PvdA is zondagmiddag een motie aangenomen die de PvdA-fractie in de Tweede Kamer oproept om alsnog tegen de initiatiefwet-Thieme te stemmen. Tijdens de bijeenkomst erkende fractievoorzitter Job Cohen – in navolging van partijvoorzitter Liliane Ploumen – dat de partij fouten heeft gemaakt bij de besluitvorming in dit dossier. Klik hier voor een bericht op NU.nl.

Opnamen rondetafelgesprek 16 juni 
Voor de toespraak van Opperrabbijn Lord Sacks, klik hier (met dank aan CidiTv). Wij hopen binnenkort ook beelden van de overige sprekers beschikbaar te hebben.

TNO plaatst kanttekeningen bij rapporten over religieus slachten 
In opdracht van het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap heeft onderzoeksorganisatie TNO drie wetenschappelijke rapporten beoordeeld die een rol spelen in het huidige politieke debat over de toelaatbaarheid van onbedwelmd slachten. (Klik hier voor het volledige persbericht.)

VVD Noord-Holland spreekt zich uit tegen verbod op ritueel slachten 
De VVD in de Staten van Noord-Holland neemt in een persbericht afstand van de eigen fractie in de Tweede Kamer en roept op om tegen het wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren te stemmen, nu het overtuigd is dat diverse wetenschappelijke rapporten duidelijk aangeven dat onbedwelmd slachten net zo humaan “zoniet humaner” is dan bedwelmd slachten. Het adviseert de Partij voor de Dieren om zich “allereerst te richten op de situatie in de industriële slacht, waardoor het sterfproces van 20 miljoen dieren aangepast zou kunnen worden”.
Verder stelt de partij: “Het wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren is een eenzijdig gerichte maatregel die de joodse en islamitische gemeenschap onevenredig hard treft, terwijl juist deze groepen veel minder gebruik maken van vleesproducten uit de reguliere Nederlandse vleesindustrie, waarin het welzijn van meer dan 100 maal zoveel dieren gemoeid is. De VVD Noord-Holland is om bovengenoemde redenen tegenstander van een verbod op onbedwelmde slacht voor de joodse en islamitische praktijk, en spreekt zich uit voor voortzetting van de mogelijkheid tot onbedwelmde slacht. Het moet mogelijk zijn om vrijheid, dierenwelzijn en deugdelijke wetgeving te combineren. Het huidige PvdD-voorstel mist die dimensie ten enenmale.”
 
Joodse wereldorganisaties: bedoeling wetsvoorstel mogelijk goedaardig, uitwerking kwaadaardig
Zes Joodse wereldorganisaties hebben zich in een brief gericht tot premier Mark Rutte om zich uit te spreken tegen een verbod op kosjer slachten. De leiders van onder andere het World Jewish Congress, B’nai B’rith en het Simon Wiesenthal Center doen een beroep op Rutte om zich tegen het wetsvoorstel uit te spreken. “Nederlandse Joden moeten niet voor de keus worden gesteld om vegetariër te worden of te emigreren”, stellen de opstellers van de brief. “De bedoeling van het wetsvoorstel mag dan goedaardig zijn, het resultaat is kwaadaardig”, zo besluiten zij. “Het wetsvoorstel wordt ervaren als een boodschap van religieuze intolerantie aan het adres van de Joodse gemeenschap”. Een afschrift van de brief werd gezonden aan alle fractievooziters in de Tweede Kamer.

PvdA-voorzitter erkent fouten bij besluit rituele slacht (NU.nl)
De PvdA  had in een eerder stadium de achterban moeten raadplegen over het verbod op ritueel slachten. Dat zegt PvdA-voorzitter Lilianne Ploumen in een interview met NU.nl. Onlangs besloot de Tweede Kamer fractie het verbod te steunen, tot grote verontwaardiging van de Joodse en Islamitische aanhangers van de partij. “Terwijl je je standpunten bepaalt, moet je met de achterban gaan praten. Dat is onvoldoiende gebeurd”, aldus Ploumen. “Ik denk dat het goed was geweest als we ons oor eerder te luisteren hadden gelegd.” (Klik hier voor het hele artikel op NU.nl)

Expert van Cornell University beoordeelt rapporten Wageningen UR als vooringenomen
Prof. Joe Regenstein van de Amerikaanse Cornell University lichtte maandag 23 mei zijn “Expert opinion” en “Critical review” toe, die hij schreef naar aanleiding van de discussie over een verbod op onbedwelmd slachten in Nederland. Hij noemde de rapporten “vooringenomen en misleidend”.
De initiatiefneemster van het wetsvoorstel, Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren, en de Koninklijke Nederlandse  Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) voeren twee rapporten van Wageningen UR aan als wetenschappelijk bewijs dat ritueel slachten ongunstiger is voor het dierenwelzijn dan industrieel slachten met een voorafgaande schot door de hersenen. Regenstein duidt rapport 161 en rapport 398 van de Animal Sciences Group van Wageningen UR als van een kwaliteit die de toets der wetenschappelijke kritiek niet kunnen doorstaan.
Over het rapport 398 (“Report on Restraining and Neck Cutting or Stunning and Neck Cutting in Pink Veal Calves”) van 2010 zegt Regenstein: “Het doel van dit rapport was kennelijk om bedwelming hoe dan ook aan te bevelen. Deze conclusie moest en zou getrokken worden ongeacht de uitkomst van de gegevens. Deze zijn na een voorzichtige evaluatie echter verre van geloofwaardig.”
Regenstein deed de afgelopen 20 jaar samen met Prof. Temple Grandin uitgebreid onderzoek naar dierenwelzijn bij alle vormen van slacht, inclusief kosjer, hallal en de verschillende vormen van bedwelmd slachten.

Kort geding om opheldering te krijgen over onwetenschappelijke rapporten
Op donderdagochtend 23 mei dient bij de rechtbank in Arnhem het kort geding dat door het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap en de Joodse Gemeente Amsterdam is aangespannen tegen de Universiteit Wageningen, de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde en de Staat der Nederlanden. Deze partijen zijn gedagvaard omdat zij geen antwoord hebben willen geven op vragen die inzicht geven in o.m. de opdracht en de financiering van twee rapporten die door de Partij van de Dieren worden gebruikt om een verbod op kosjer slachten te verantwoorden.